Programma 2018

Aarschot, het kan beter:

Onze stad verdient een bestuur met visie op de toekomst die alle burgers waardeert en tussen de mensen staat.

 

Onze stad heeft nood aan de kracht van verandering om ze te laten bruisen en de achterkamerpolitiek een halt toe te roepen.

 

Onze stad moet ook veiliger en socialer zijn en moet meer aandacht hebben voor onze deeldorpen.

 

Wij hebben hiervoor een ambitieus programma geschreven en een sterk team bijeen gebracht met mensen van allerlei achtergronden, maar wel met één gezamenlijk doel: Aarschot versterken en beter maken.

Om Aarschot nog beter te maken hebben wij vijf hoofdthema’s: een bestuur van en voor de Aarschottenaar, een bruisender Aarschot, een veiliger Aarschot, een socialer Aarschot en een Aarschot dat meer is dan de stad alleen.

 

Een bestuur van en voor de Aarschottenaar houdt voor ons in dat we meer openheid en transparantie creëren voor de burger, werk maken van een gelijke behandeling voor iedereen en een open communicatie. Het is hoog tijd dat we afscheid nemen van de achterkamerpolitiek die in onze stad heerst.

 

Een bruisender Aarschot betekent dat we de historisch hoge leegstand in onze binnenstad eindelijk aanpakken, zoals andere steden ons hebben voorgedaan. We willen  ondernemers beter begeleiden en indien nodig ook als starter een financieel duwtje in de rug geven. Als stadsbestuur moeten we niet alles zelf organiseren en focussen ons op de kerntaken, maar we zetten wel in op een goede samenwerking met onze verenigingen en extra ondersteuning.

 

Een veiliger Aarschot. De veiligheid handhaven is een kerntaak van de overheid. Wij willen dan ook werk maken van een veiligheidscultuur. We zetten in op preventie, maar ook het repressieve luik verdient aandacht. Er mag geen gevoel van straffeloosheid heersen. Een veiliger verkeer is ook broodnodig. Van ons krijgt elk vervoermiddel zijn plaats, maar er moet wel een inhaalbeweging gebeuren voor fiets- en voetpaden.

 

Een socialer Aarschot heeft oog voor het maatschappelijk weefsel. We willen een hechte gemeenschap waar iedereen zich thuis voelt en waar niemand wordt uitgesloten. Een toegankelijke stad die rekening houdt met ouderen, mensen met een beperking en jonge gezinnen. Een omgeving waar iedereen elkaar begrijpt omdat ze Nederlands met elkaar spreken. We geven mensen kansen, pakken eenzaamheid aan en willen een stad waar iedereen betaalbaar kan wonen.

 

Een Aarschot dat meer is dan de stad alleen. Onze deeldorpen hebben hun eigen karakter en verdienen dan ook een eigen aanpak. We denken er aan om ook bepaalde diensten van de stad in de deeldorpen aan te bieden zodat minder mobiele mensen of mensen met minder tijd zich daar kunnen aanmelden. De waterellende zoals we die de afgelopen jaren gekend hebben willen we vermijden. Een grondige evaluatie en aanpak moeten ons natte voeten en kelders besparen.

 

Kortom, wij hebben de ambitie om deze stad nog beter te maken en wij hopen dat u die ook heeft.

 

Een bruisende binnenstad

Leegstand aanpakken

Aarschot heeft prachtige handelzaken en horecazaken en onze eerste boodschap is dan ook "Koop Lokaal", maar De leegstand in de binnenstad is hoger dan ooit, meer dan 1 op 4 staat leeg. Geen enkele stad in Oost-Brabant komt nog maar in de buurt ook in het centrum van Rillaar is de situatie dramatisch. De tijd voor excuses is voor ons op. Meer dan ooit moet nu gekozen worden voor een gecoördineerde aanpak. In de stad gebeuren er nu al reeds een paar positieve zaken, maar deze zijn voor ons niet toereikend. Voor ons zal de aanpak van de leegstand dan ook een absolute prioriteit worden.

Maatregelen voor onze stad terug te doen bruisen

Een pop-up winkel is nu eenmaal tijdelijk, maar het zorgt duidelijk niet voor een kering in de cijfers en volgens ons is er naast het pop-up beleid, een beleid nodig dat sterker de nadruk legt op permanente handelsvestigingen met steeds een goed relatiebeheer met alle handelaars. Het kan niet dat men subsidie krijgt voor een pop-up en daarna niets meer hoort van de stad. We moeten als stad pro-actief en actief omgaan met onze handelaars.

Wij willen werken vanuit een globale visie die zowel lokale economie, mobiliteit als ruimtelijke ordening omvat. Deze globale visie moet ook tot stand komen met inspraak van de handelaars zodat iedereen mee is en we met zijn allen samen, zij aan zij, aan het werk kunnen.

Wij opteren om de focus te leggen op een maximale invulling van de reeds bestaande commerciële panden en het stimuleren van wonen boven deze winkelpanden. Dit is een belangrijke hefboom om verdere dynamiek in de binnenstad teweeg te brengen.

Wij pleiten er voor om op alle subsidies van hogere overheden in te tekenen zeker als het gaat over subsidies voor kernversterking. Het is jammer dat het huidige bestuur deze aangereikte middelen niet wil aanwenden. 

Het bestuur wou met een handelaarstaks de nodige middelen vergaren van de handelaars zelf om extra beleid te kunnen voeren, maar dit werd doorgedrukt zonder steun van de handelaars en moest uiteindelijk ook teruggedraaid worden. De handelaars extra taxeren in plaats van stimuleren lijkt ons niet de beste manier om ondernemerschap in de binnenstad te bevorderen, integendeel, volgens ons kan dit beter.

De omkering van de circulatie in de binnenstad is voor ons ook een deel van de oplossing om onze stad terug te doen bruisen.

We pleiten voor de oprichting van een immodatabank. De bedoeling van een immodatabank is alle vragen en verzoeken met betrekking tot huisvestiging via één website bij elkaar brengen. Een soort van immoweb, maar exclusief voor Aarschot én exclusief voor handelspanden. We streven hierbij ook naar een koppeling van de leegstandstaks hieraan. We sporen dus eigenaars aan om hun pand hier op te zetten en op korte termijn te verhuren. Ze krijgen in ruil een vrijstelling op de leegstandsheffing.

We stellen reglementen op voor subsidiemaatregelen en hiervoor maken we budget vrij. Dit hoeft niet altijd puur financiële ondersteuning te zijn, maar het kan ook in de vorm van bijstand van de stad bij plannen van ondernemers. Als het gaat om financiële ondersteuning wordt wel duidelijk afgebakend waar dit kan, om zo de problemen eerst aan te pakken waar ze het ergst zijn.

  • Steun voor renovatie van panden.
  • Steun voor opdeling van grotere panden in kleinere winkels.
  • Steun voor startende ondernemingen
  • Steun voor het verbouwen van woningen boven winkels ( Minister Muyters heeft het reeds mogelijk gemaakt dat je een vrijstelling kan verkrijgen van drie jaar op de onroerende voorheffing. )

We streven naar een gezond evenwicht tussen winkelstraten in het centrum en commerciële centra aan de rand. Wel moet er een duidelijke afbakening zijn: “wat waar hoort?”. We maken hiervoor een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) op rond centrumontwikkeling. Het doel hierbij is een duidelijk ruimtelijk beleidskader te hebben waar de regels gelijk zijn voor iedereen.

We mogen in dit alles zeker niet de onschatbare waarde van onze horeca in de binnenstad vergeten. Zij moeten ook meer gehoord en betrokken worden bij het beleid. Wij pleiten er voor om komaf te maken met het rigide terrassenreglement en de horeca-uitbater zelf meer vrijheid te geven over hoe hij of zij zijn terras organiseert.

Toegankelijkheid en netheid

Aarschot is een sterk vergrijzende stad en ook in de binnenstad moet hier rekening mee gehouden worden. Daarom willen we met Kiss & Ride-zones of kort parkeerplaatsen de kans geven aan minder mobiele mensen om ook naar het centrum te komen. Daarnaast willen we een leuning voorzien richting de Grote Markt om voor enige houvast te zorgen. Er moet ook een duidelijke richtlijn komen naar alle handelaars toe om hun winkel zo toegankelijk mogelijk te maken voor senioren en ook hiervoor kan eventuele ondersteuning van de stad komen.

De binnenstad en zeker sommige toegangstrappen of paden laten soms te wensen over qua netheid. Dit straalt slecht af op de ervaring die mensen beleven in Aarschot, daarom willen we graag onze binnenstad zo net mogelijk houden.

Verkeerscirculatie - binnenstad

Aanpassing van het circulatieplan

Voor ons is de aanpassing van het circulatieplan geen wonderoplossing, maar eerder de logica zelve. De situatie nu creëert dat wie door de binnenstad met de auto rijdt, weg rijdt uit de stad in plaats van toe komt.

We zullen daarom de rijrichting van de Martelarenstraat om draaien en verkeer terug naar de parking van de Demervallei toe sturen zodoende kan je ook terug van de Jozef Thielemansstraat links afslaan.

We maken het stuk van de Theo De Beckerstraat tussen de Standaard Boekhandel en de Van Grootloon autovrij, zodat dat gevaarlijke punten waar auto’s en mensen die van de Demervallei komen niet in contact komen met autoverkeer.

Daarnaast organiseren we ook kiss & ride parkings aan de Grote Markt en de Martelarenstraat.

Elk vervoermiddel zijn plaats geven

De kasseien in het centrum creëren een gevaarlijk situatie voor de fietsers daarom willen we fietsstroken maken zonder kasseien. Er moet daarnaast ook een duidelijke afscheiding komen tussen waar de voetganger, waar de fiets en waar de auto hoort. De zone 30 in de binnenstad moet ook gecontroleerd worden.

We moeten bekijken of er nog extra parking vereist is op de Demervallei. De tijdelijke parkeerplaatsen kunnen een succes genoemd worden, maar de Demervallei is nu al te druk. Er zal dus waarschijnlijk nog parking moeten bij komen.

Een veiliger Aarschot

Een echte veiligheidscultuur

Aarschot kent op het vlak van criminele feiten zijn eigen problematieken als kleinere stad. We spreken dan voornamelijk over de sterk aanwezige drugsproblematiek, gauwdiefstallen, woninginbraken en rondtrekkende bendes. Het mag ook gezegd worden dat met de nieuwe korpschef er een omslag is gemaakt naar een meer lik-op-stukbeleid en dat hier resultaten worden mee geboekt. De stad heeft nog steeds haar eigen politiezone, waardoor ze één van de kleinste politiezones van Vlaanderen is. Hier moet ook verder bekeken worden of meer schaalvoordelen niet aan de orde zijn.

Veiligheid is geen zaak van politie en justitie alleen; het gaat om een collectieve verantwoordelijkheid van burgers en overheid. Burgers zijn voor de gemeente een onmisbare partner in de strijd tegen criminaliteit en overlast. Zij kennen hun buurt immers als geen ander.

De officiële criminaliteitscijfers geven een objectief beeld, maar minstens even belangrijk zijn de (subjectieve) ervaringen van de inwoners (het ‘onveiligheidsgevoel’). Daarom is het ook belangrijk om de burger te horen bij het bepalen van de prioriteiten van het veiligheidsbeleid.

Ook de stad en de lokale politie moeten zelf actief inzetten op de preventie van criminaliteit en overlast. De N-VA gelooft in een doordachte nultolerantie en een lik-op-stukbeleid via Gemeentelijk Administratieve Sancties (GAS) om het gevoel van straffeloosheid en het gevoel van onveiligheid bij de burger aan te pakken.

‘Voorkomen is beter dan genezen’ is de leidraad. Het is cruciaal dat een gemeente weet wie er op haar grondgebied woont, er (duurzaam) verblijft en wie er activiteiten ontplooit. De ervaring leert dat, naarmate de cultuur van bestuurlijke handhaving meer ingang vindt, ambtenaren ook meer expertise ontwikkelen in het herkennen van verdachte patronen en er proactief op kunnen inspelen.

De N-VA ziet ook op het repressieve vlak een grotere rol weggelegd voor de bestuurlijke aanpak. Rechtbanken worden nu al overstelpt. Heel wat van de gepleegde feiten die niet vervolgd worden (bijv. ‘kleine’ diefstallen, overlast, foutparkeren, … ) versterken nochtans het onveiligheidsgevoel van de burger. Samenwerking tussen politie en parket blijft evenwel noodzakelijk en de strafrechtelijke tussenkomst moet uiteraard de stok achter de deur blijven. Het systeem van de GAS-boetes heeft hier zijn nut al in bewezen en we willen dat dit in Aarschot dan ook meer toegepast wordt.

Een veilige buurt creëren

Aarschot kampt geregeld met inbraakplagen. We moeten daarom werk maken om woninginbraken en diefstal terug te dringen. We denken hierbij aan camerabewaking. APNR-camera’s hebben hun nut al bewezen om rondtrekkende dievenbendes op te speuren en wij denken dat Aarschot hier ook zijn voordeel kan uit halen.

Daarnaast moet er ook meer camerabewaking zijn in de binnenstad om criminaliteit of vandalisme enerzijds te ontmoedigen en anderzijds de daders te kunnen opsporen. Op onze vraag is er reeds camerabewaking gekomen aan het station. Ook de camera’s op de Grote Markt, die al ongekende tijd, niet functioneerden, zijn op onze vraag hersteld.

We hebben een diefstalpreventie-adviseur maar wij merken dat die nog te weinig gekend is onder de bevolking. We willen daarom ook, zoals op het federale niveau, acties voeren in het kader van het ‘1 dag niet’-campagnes.

De diefstalpreventie-adviseur kan actief initiatieven nemen om de bevolking te sensibiliseren, onder meer door het organiseren van informatieavonden of een wandeling door de wijk in het kader van inbraakpreventie. Ook door af en toe de wekelijkse markt te bezoeken, verhoogt hij zijn zichtbaarheid in het straatbeeld.

De wijkagent moet ook het aanspreekpunt zijn bij uitstek. We streven er naar dat iedere burger zijn wijkagent kent.

Digitalisering van de politie

We moeten als lokale politiezone daarnaast ook zelf werken aan een coherente langetermijnvisie m.b.t. investeringen in digitalisering en nieuwe technologieën. Deze technologieën moeten zich ook vertalen in een digitale aanwezigheid voor de burger, die de politie makkelijk toegankelijk maakt. Denk hierbij aan goedwerkende website en sociale media.

We investeren in (al dan niet mobiele) bewakingscamera’s op risicovolle plaatsen zoals in een stationsbuurt, op afgelegen parkings of op plaatsen die geteisterd worden door sluikstorten. Camera’s hebben bovendien niet alleen een preventief karakter maar helpen ook om criminaliteit op te lossen.

We rusten onze politiewagens uit met slimme mobiele ANPR-camera’s. Die camera’s kunnen al rijdend nummerplaten registreren en via een rechtstreekse draadloze verbinding met verschillende databanken controleren of er sprake is van een overtreding.

De strijd tegen drugs op te voeren

In Aarschot zijn de cijfers omtrent drugsgebruik alarmerend. Voor ons kan drugshandel niet worden getolereerd. We moeten streven naar een drugsvrije samenleving en voorkomen is beter dan genezen. Een gedoogbeleid staat haaks op ontrading en verhindert een daadkrachtige aanpak. In veel gevallen leidt drugsgebruik en drugsverkoop bovendien tot overlast, geweld of crimineel gedrag.

De N-VA beschouwt drugsgebruikers niet als slachtoffer, maar wel als patiënt: iemand die op weg moet worden geholpen naar een drugsvrij bestaan. Ze hebben het recht om geholpen te worden, maar ook de plicht om aan hun behandeling mee te werken.

We moeten volop inzetten op preventie. De lokale politie of de gemeente heeft de mogelijkheid om een drugspreventiemedewerker aan te duiden. Die persoon kan educatieve en/of sensibiliseringsacties opzetten voor jong en oud of experimenterende jongeren en tevens hun omgeving begeleiden.

We pleiten ook voor een drugsbeleidsplan dat de drugspreventiemedewerker uitwerkt in samenspraak met de scholen en politie met zowel een preventief als een repressief luik.

Wij sporen het verder inzetten van een drugshond bij evenementen aan.  Het regelmatig inzetten van een drugshond op bvb fuiven of op gekende risicoplaatsen die gevoelig zijn voor dealen, moeten de drugscijfers in Aarschot doen dalen.

Blijven inzetten op een gemeentelijk brandweerbeleid

De brandweerhervorming had consequenties op bestuurlijk vlak. Naar analogie met de politiehervorming werden de bevoegdheden van gemeenteraad en schepencollege overgeheveld naar een zoneraad en een zonecollege. Zij bepalen samen het beleid van de zone. Toch vinden we dat ook de gemeente nog een rol kan spelen in de hulpverleningszone.

Vlot en veilig verkeer voor iedereen

Streven naar meer mensen op een veilige manier meer in beweging brengen.

De N-VA wil alle vervoermiddelen een juiste plaats geven in het verkeer. We bouwen verder aan netwerken voor zowel de fiets, de auto als het openbaar vervoer waarbij we geval per geval naar de beste oplossing zoeken. Op gemeentelijk vlak moeten we keuzes maken in functie van de omvang van de stad of het dorp, rekening houdend met de lokale verkeerssituatie en de specifieke mobiliteitsnoden.

Belangrijk voor ons is dat de deelgemeenten beter worden opgenomen in het mobiliteitsbeleid. Nu lijkt de prioriteit steeds te liggen bij het stadscentrum terwijl er in de deelgemeenten een heel aantal zaken zijn die dringend aandacht vereisen.

Over het stadscentrum hebben wij het al gehad en we pleiten daar voor een plaats voor elk vervoermiddel en een aanpassing van het circulatieplan.

Combimobiliteit

In onze stad zetten we in op combimobiliteit. Door de verschillende vervoersnetwerken (auto, trein, bus, fietssnelwegen) op strategische plaatsen met elkaar te ‘verknopen’, zorgen we voor overstapmogelijkheden van de ene vervoersmodus op de andere.

Een vlotte bereikbaarheid is belangrijk voor de stadskern, maar in schoolomgevingen moet de auto plaats ruimen voor de zwakke weggebruiker en moet de snelheid worden verminderd. Wij zijn dan ook geen voorstander van het gratis parkeren na de schooluren. Dit geeft net het verkeerde signaal naar burgers toe. Men moet leerlingen stimuleren om met het openbaar vervoer, fiets of te voet naar de school te komen in plaats van met de auto.

Lokaal focussen we niet op dure en onhaalbare projecten zoals grote omleidingswegen, maar opteren we wel voor verstandige investeringen (bijv. bij het herinrichten van de weg of bij de aanleg van fietspaden), die binnen een redelijke termijn een effectieve verbetering van de verkeerssituatie en mobiliteit opleveren.

Focus op verkeersveiligheid

We streven naar veilig verkeer, altijd en overal. Verkeersveiligheid is een absolute prioriteit voor de N-VA. Het is de bedoeling om te evolueren naar een verkeerssysteem dat zoveel mogelijk slachtoffervrij is. Er wordt dan ook heel wat ondernomen om het aantal verkeersslachtoffers terug te dringen en het aantal verkeersongevallen te doen dalen. Onze ambitie is absoluut duidelijk: nul verkeersdoden tegen 2050, gebaseerd op de ‘vision zero’.

We brengen de lokale zwarte punten in kaart en pakken de verkeersinrichting daar prioritair aan. We investeren blijvend in veilige fiets- en voetpaden en werken een meerjarenplanning uit met concrete acties en bijhorende budgettering. We maken voldoende middelen vrij voor sensibilisering en verkeersopvoeding.

Een vlotte verkeersdoorstroming

Sluipverkeer ontmoedigen

Meten is weten: de gemeente brengt de verkeersstromen correct in kaart. Op basis van die data kan men in samenwerking met de beheerder van de gewestwegen, de politiezone en de weggebruikers een verbeterd mobiliteitsplan opstellen. – met gerichte ingrepen op maat. Beslissingen worden vervolgens genomen op basis van objectieve data en niet op basis van perceptie.

Een goede doorstroming op de hoofdwegen ontlast de woonstraten. We zorgen voor een optimalisatie van de doorstroming en evalueren de voorrangsregelingen, de afstelling van verkeerslichten, bewegwijzering en snelheid remmende maatregelen.

Vervoer op maat aanbieden voor een optimale bereikbaarheid

In haar ruimtelijk beleid plant de gemeente nieuwe projecten in bij vervoersknooppunten met een goede bereikbaarheid, volgens de principes van het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen. De nabijheid van bushaltes, het maken van voetgangersdoorsteken en fietspaden, het voorzien in parkeerplaatsen voor autodelen, elektrische laadpunten – het zijn maar enkele voorbeelden die de mobiliteit optimaliseren en die de gemeente als voorwaarde kan opleggen aan projectontwikkelaars.

De stadskern en dorpskernen goed toegankelijk maken dankzij een slim parkeerbeleid

Naast het openbaar vervoer, de fietsers en voetgangers, heeft ook de auto een plaats in de stad. Mobiliteit is immers een én-én-verhaal. Het gaat hier om een combinatie van verschillende vervoermiddelen: fiets, auto, bus, trein, te voet, …

We voeren daarom een gedifferentieerd parkeerbeleid in functie van optimale toegankelijkheid. We voorzien in elke stads- en dorpskern voldoende parkings. We zetten in op parkeren op langere termijn op iets langere afstand van de kern. In Aarschot zijn we hier goed bedeeld met de parking Demervallei alleen moet hier toch bekeken worden of enige uitbreiding nog mogelijk is. Daarnaast zetten we in de centra zelf in op kortparkeermogelijkheden. We moeten wel de uitgebreide blauwe zone in Aarschot herbekijken. In sommige woonkernen is deze zone onlogisch doorgevoerd.

Veilige schoolomgevingen

Waar het kan, maken we schoolomgevingen autovrij of autoluw bij het begin en het einde van een schooldag. De stad sensibiliseert leerlingen, scholen en ouders over het fietsgebruik en de mogelijkheden van het openbaar vervoer van en naar school.

Bij schoolomgevingen is het voor ons ook belangrijk dat er gekeken wordt naar de ruime omgeving van de school. Het is voor de N-VA daarom niet voldoende om enkel en alleen de straat voor de school in orde te maken, maar ook de verbindingswegen moeten voldoende in orde zijn.

We maken werk van een plan van aanpak voor de schoolomgeving en gaan daarbij systematisch aan de slag met elke schoolomgeving.

Een stimulerend fietsbeleid

Hoewel Aarschot zulke mooie fietsroutes kent, vindt slechts 43% het veilig fietsen in Aarschot. De oorzaak hiervan ligt bij het geringe aantal fietspaden en de slechte staat ervan. Ook het zich veilig verplaatsen van kinderen vormt één van de kopzorgen van onze inwoners.

We willen meer mensen veilig en comfortabel op de fiets krijgen. Met een doordacht beleid en wat goede wil kunnen we van Aarschot een fietsregio maken, maar dit vereist investeringen en inspanningen in fietspaden.

Daarom heeft N-VA Aarschot deze legislatuur een fietsactieplan voorgesteld:

Charter sterk fietsbeleid ondertekenen. Dit charter benadrukt het grote potentieel en de vele voordelen van fietsen, zowel voor functionele als voor recreatieve doeleinden. N-VA Aarschot wil de volgende uitgangspunten onderschrijven:

  • Investeer in een fietscultuur
  • Maak werk van comfort en veiligheid voor de fietser
  • Fietsen draagt bij aan het economisch weefsel

Aanpak fietspaden

Als we meer plaats willen geven aan fietsers, moet het hele fietstraject op een comfortabele en veilige manier kunnen worden afgelegd, van de eerste tot de laatste kilometer. Daarom zorgen we voor een uitgebreid en goed onderhouden netwerk van fietsverbindingen doorheen de gemeentekern.
De gemeente stelt een concreet actieplan op, met prioriteiten voor investeringen in de fietsinfrastructuur en voor het aanpakken van conflictpunten, en koppelt daar in haar meerjarenplan de nodige budgetten aan.
We stellen voor om hiervoor ook gebruik te maken van een meetfiets. De meetfiets is een fiets die is uitgerust met diverse meetapparatuur en die wordt gebruikt om de staat van fietspaden in kaart te brengen.
Daarnaast introduceren we een systematische controle bij de heraanleg van een fietspad na wegenwerken/reparaties aan de hand van een auditfiche. Na elke ingreep wordt systematisch gecontroleerd of de staat van de fietsvoorzieningen kwalitatief genoeg is. Als dat niet het geval is, worden er aanpassingen voorzien.

Oplossing voor gevaarlijke punten

Aarschot kent enkele zeer gevaarlijke punten voor fietsers. N-VA Aarschot wilt dat deze gevaarlijke situaties zo snel mogelijk worden aangepakt. Enkele voorbeelden:

  • Kruispunt Betekomsesteenweg- Nijverheidslaan tijdens spits
  • Doorsteek Antoon De Croylaan naar het station van Aarschot
  • De Bekaflaan tijdens de schooluren
  • Onbestaande fietsinfrastructuur in de deelgemeenten.
  • … Jammer genoeg zijn de voorbeelden talrijk in onze stad

Woensdag, fietsdag

Aarschot is een scholenstad. Scholieren in Vlaanderen gaan het vaakst met de fiets naar school. Reden te meer voor Aarschot om zich als rasechte fietsstad te profileren. Vandaar ons voorstel om, minstens één keer per week, radicaal voor de fiets als vervoermiddel te kiezen.
Ons doel? Dat minstens de helft van de scholieren die minder dan 5 km van de school woont, met de fiets komt

Wegwerken ‘missing links’

De stad dient zijn volle medewerking te verlenen aan het wegwerken van ‘missing links’, stukken ontbrekende fietsverbindingen. De fietssnelweg Aarschot-Leuven bijvoorbeeld kan potentieel veel pendelaars verleiden om de fiets te gebruiken tijdens de spits. N-VA Aarschot dringt daarom aan op een spoedige afhandeling van deze dossiers.

Veilig je fiets kunnen achter laten.

Het is niet alleen belangrijk om mensen te stimuleren om te fietsen. Het is minstens zo belangrijk dat ze hun fiets ook zullen terug vinden waar ze hem hebben achter gelaten. Wij hebben reeds ons voorstel binnen gehaald om camera’s te laten installeren aan de fietsenstalling van het station. We willen ook verder bekijken of er nog zwarte punten zijn qua fietsendiefstal. Hier kunnen we ook andere oplossingen hanteren zoals bijvoorbeeld lokfietsen.

Een socialer Aarschot

Een gezinsbeleid dat jonge gezinnen ondersteunt

Kwaliteitsvolle kinderopvang is voor vele ouders onmisbaar om werk en gezin te kunnen combineren. We zetten dan ook in op voldoende, toegankelijke en betaalbare kinderopvang. We verlenen voorrang aan alleenstaande werkende ouders, tweeverdieners of ouders die een beroepsgerichte opleiding volgen. Omdat niet iedereen werkt van negen tot vijf, moet kinderopvang flexibel zijn. Een kinderopvangloket helpt ouders in hun zoektocht naar een geschikte opvangplaats.

Een plek waar ouders terecht kunnen met hun vragen en zorgen

Bij de geboorte of adoptie van een kindje, voorzien we een informatiepakket en een attentie. Dit informatiepakket bevat nuttige adressen en het aanbod van het Huis van het Kind. Hier kunnen ouders steeds terecht met hun vragen en zorgen.

Een beleid dat rekening houdt met de veranderende samenleving en de verschillende gezinsvormen

Via het verblijfsregister voor co-ouderschap zorgen we ervoor dat kinderen die regelmatig in Aarschot verblijven bij de ene ouder maar hier niet gedomicilieerd zijn, toch kunnen genieten van het kortingstarief voor inwoners. We voorzien eveneens in luiertafels in alle openbare gebouwen, bij voorkeur in een neutrale ruimte en niet enkel op de damestoiletten.

Gezinnen actief laten deelnemen aan het Aarschotse gemeenschapsleven

Door voldoende ontmoetingsplaatsen te creëren en gezinsvriendelijke activiteiten te organiseren tijdens evenementen, willen we voorkomen dat wie voor kinderen zorgt, zich afzondert en niet meer actief deelneemt aan het gemeenschapsleven.

Een inclusief beleid voor personen met een beperking

Personen met een beperking vragen niet om een ‘apart’ beleid. De N-VA kiest daarom voor een inclusief beleid, waarbij aandacht voor de specifieke noden van burgers met een handicap een evidentie is binnen elk beleidsdomein. Concreet wil dit zeggen dat er in elk onderdeel van het gemeentelijk beleid aandacht is voor personen met een handicap.

Integrale toegankelijkheid van alle voorzieningen (gebouwen, diensten, publieke ruimte)

Aarschot is een warme stad met het hart op de juiste plaats voor personen met een beperking. We stellen echter vast dat niet alle voorzieningen effectief bereikbaar, betreedbaar en bruikbaar zijn voor iedereen. We willen hierop inzetten zodat personen met een beperking zoveel mogelijk kunnen participeren aan het maatschappelijke leven. Zo willen we minstens één speeltuin met aangepast speeltuigen zoals een rolstoelschommel zodat ook kinderen met een beperking kunnen genieten van onze kindvriendelijke stad. Een prikkelarme namiddag (geen luide muziek en felle lichten) moet het mogelijk maken dat ook mensen met bijvoorbeeld epilepsie of autisme een leuke namiddag op de kermis kunnen beleven. 

Daarnaast erkennen we de European Disability Card waardoor personen met een beperking zonder discussie ook kortingstarieven kunnen krijgen voor lokale diensten en evenementen.

Mantelzorgers waarderen en lokale economie opwaarderen: een dubbele win

Mantelzorgers zetten zich belangeloos in voor mensen met een beperking of zorgbehoevende ouderen. We willen hen ondersteunen via een waardebon om aankopen te doen bij de plaatselijke handelaar. Zo koppelen we onze waardering voor mantelzorgers aan deze voor onze lokale handelaars.

Een onbezorgde oude dag voor onze senioren

De N-VA past resoluut voor het negatieve beeld van ouderen als louter zorgbehoevenden. We vertrekken vanuit de mogelijkheden van ouderen en niet van wat ze niet meer kunnen. Ouderen willen een actieve rol spelen in onze maatschappij. We houden hen geïnformeerd over de mogelijkheden om aan vrijwilligerswerk te doen in Aarschot en haar deelgemeenten. We voorzien in voldoende toegankelijke ontmoetingsruimtes. Bij de organisatie van culturele en sportactiviteiten houden we rekening met de belangrijkste drempels voor ouderen om niet te participeren zoals de kostprijs, het tijdstip, de bereikbaarheid en toegankelijkheid.

Strijd tegen vereenzaming en sociaal isolement

Via een meldingspunt bij de gemeente of in de wijk, kunnen professionele hulpverleners maar ook buurtbewoners en mantelzorgers die aanvoelen of vaststellen dat iemand eenzaam is, dit melden. De gemeente ontwikkelt samen met beroepskrachten, vrijwilligers en mantelzorgers een gezamenlijke visie omtrent de aanpak van vereenzaming en sociaal isolement. Huisbezoeken, telefooncirkels of een gezelschapsdienst zijn instrumenten om vereenzaming tegen te gaan en te detecteren.

Het mogelijk maken van zo lang mogelijk thuis te wonen in een leeftijdsvriendelijke omgeving maar tegelijkertijd ook voldoende residentiële zorg in de buurt aanbieden

We vinden het belangrijk dat iedereen zich thuis voelt in onze gemeenten en willen mensen aanmoedigen om zo lang mogelijk thuis te blijven wonen, met de nodige zorg. We zorgen voor een transparant en toegankelijk zorgaanbod in de gemeente. Voldoende residentiële zorg in de buurt realiseren we door woonzorgcentra in te bedden in ons sociaal weefsel met aandacht voor bereikbaarheid, de mogelijkheid tot spontane sociale contacten en participatie aan het gemeenschapsleven en door een voorrangsbeleid op wachtlijsten voor wie een link heeft met de gemeente.

Het woonzorgcentrum is een flexibel inzetbaar gebouw. We zetten in op een leeftijdsvriendelijke omgeving door o.a. zitbanken voor senioren te voorzien in de nabijheid van winkels en algemene nutsvoorzieningen, de (verdere) uitbouw van woonzorgzones en het wegwerken van fysieke drempels.

Armoede structureel aanpakken

Een job is nog steeds de beste garantie tegen armoede. De Vlaamse overheid zorgt voor voldoende begeleiding en opleidingsmogelijkheden, maar hiertegenover staat wel de plicht van de uitkeringsgerechtigde om hier actief aan mee te werken. In samenspraak met de leeflooncliënten stellen we een overeenkomst op met engagementen (GPMI) zoals bv. drugsbegeleiding, gemeenschapsdienst of een taalcursus Nederlands. Voldoende kennis van de Nederlandse taal is een absolute vereiste voor een succesvolle deelname aan de arbeidsmarkt.

Tweesporenbeleid: preventie en ondersteuning

Voorkomen is beter dan genezen. Daarom hanteren we een preventieve aanpak om schuldproblematiek te voorkomen. Zo werken we bv. actief aan de financiële geletterdheid van jongeren. Daarnaast ondersteunen we mensen met een laag inkomen via materiële hulp en sociale voordelen. Hierbij houden we ook rekening met het inkomen en niet louter het statuut (leefloon, werkloos, gepensioneerd…). Op deze manier helpen we ook werkende mensen met een laag inkomen vooruit. We gaan – in samenwerking met Kommaraf vzw – verder aan de slag met kwaliteitsvolle voedseloverschotten in onze stad.

Specifieke aandacht voor gezinnen in armoede.

We geven kinderen in armoede de kans om te kunnen participeren aan het jeugd- en verenigingsleven, maar ook om gezond te eten en via huiswerkbegeleiding zich verder te ontplooien. Kinderarmoede pak je aan door gezinnen in armoede te helpen. Vandaar het belang om de ouders te betrekken en te begeleiden.

Een betaalbaar, divers en sociaal woonaanbod

Ieder van ons heeft recht op menswaardig wonen.

Daarom moeten we aan iedereen een betaalbare woning – die ook kwalitatief in orde is en in een behoorlijke woonomgeving ligt – kunnen garanderen.

Het lokale woonbeleid moet ervoor zorgen dat het (sociale en private) woningaanbod in de gemeente voldoende divers is, met een bijzondere aandacht voor de meest behoeftige gezinnen en alleenstaanden. Betaalbaar wonen moet echter ook voor ‘niet-doelgroepen’ mogelijk blijven, al was het maar om te voorkomen dat het sociale huisvestingsstelsel uit zijn voegen barst.

We zetten in op nieuwe en diverse woonvormen die betaalbaar zijn voor jonge gezinnen en ouderen. Hiervoor stimuleren we een optimale benutting van de bestaande ruimte. De N-VA zet blijvend in op het verwerven van een eigen woning, als een verzekering voor de toekomst. Het bezit van een eigen woning vergroot ook het verantwoordelijkheidsgevoel voor de eigen directe woonomgeving.
Voor alleenstaanden, ouderen, eenoudergezinnen, starters, … zorgen we dat het aanbod van aangepaste en bescheiden woningen of eenslaapkamerappartementen groot genoeg is en op goed bereikbare locaties ligt, op wandelafstand van het dienstenaanbod in de gemeente.
In centraal gelegen woonprojecten willen we de verplichting opleggen om een minimum aantal appartementen op een aangepaste manier te bouwen, zodat ze toegankelijk zijn voor ouderen.

Een duurzame woonomgeving voor levenslang wonen

De vergrijzing van de bevolking zet zich verder door. Die realiteit heeft tot gevolg dat steeds meer mensen op zoek gaan naar een veilige en comfortabele woonomgeving waar ze hun oude dag kunnen doorbrengen.

Een duurzame woonomgeving vertrekt vanuit een dynamische visie op mens en ruimte, op de eigen woning en haar omgeving.

Op woningniveau kiezen we, waar mogelijk, voor de ondersteuning van aanpasbaar en flexibel bouwen. Dat basiskenmerk maakt dat een woning zich kan aanpassen aan haar bewoners en niet omgekeerd.

In de directe omgeving zetten we in op het wegnemen van drempels, een aangepaste openbare ruimte en een nabije dienstverlening. Comfort, toegankelijkheid en veiligheid maken levenslang wonen mogelijk. Zo vermijden we dat mensen met een kleine zorgbehoefte nodeloos in een instelling terechtkomen.

Een integrerend beleid dat ‘levenslang thuis wonen’ stimuleert

Ook in de openbare ruimte zetten we volop in op toegankelijkheid, laagdrempeligheid, sociale integratie en nabijheid van de dienstverlening.

Bij de inrichting van de openbare ruimte voeren we een toegankelijkheidstoets in, zodat ouderen, mensen met een beperkte mobiliteit en gezinnen met kinderen zich vlot kunnen verplaatsen. Hiervoor werken we samen met de bewoners, senioren of organisaties voor mensen met een beperking.

Een sociaal woonbeleid

We zorgen voor het door Vlaanderen bepaalde aantal sociale woningen en houden altijd rekening met de sociale draagkracht van de gemeente.

We evalueren het bestaande aanbod aan beschikbare sociale woningen in de gemeente en stellen samen met de sociale huisvestingsmaatschappijen een renovatieplanning op, zodat de sociale woningen ook op lange termijn van goede kwaliteit blijven. In Aarschot dringt zich ook een evaluatie op van de werking van sociale huisvestigingsmaatschappijen.

Sociale huisvesting moet met voorrang worden toegewezen aan de meest behoeftigen. Zoals bepaald in de regelgeving Sociale Huur, voorzien we hier in tijdelijke huurcontracten en een inkomenstoets.

We geven voorrang aan sociale huurders die al een binding met de gemeente hebben: wie er woont of werkt of van wie de kinderen in de gemeente schoollopen. Lokale binding zorgt voor een snellere en betere integratie en versterkt het maatschappelijk weefsel.

Verantwoordelijkheid nemen, misbruik bestraffen

Zorg en steun moeten terechtkomen bij de mensen die er het meeste nood aan hebben. Iedereen moet een gelijke toegang kunnen krijgen tot een menswaardig bestaan. Toch zijn aan deze rechten ook plichten verbonden. Tegenover het recht om volwaardig deel te nemen aan onze maatschappij staat de plicht om onze taal te leren en zich te integreren. Die wederkerigheid is cruciaal.

Een efficiënt en transparant sociaal woonbeleid spreekt burgers aan op hun individuele verantwoordelijkheid. Voor de N-VA is sociale insluiting het doel. Voldoende kennis van het Nederlands blijft een noodzakelijke voorwaarde om actief te kunnen deelnemen aan de samenleving.

Misbruiken en domiciliefraude kunnen niet door de beugel; de zwaksten in de samenleving zijn hiervan immers het grootste slachtoffer. Een geloofwaardig en rechtvaardig woonbeleid speurt misbruiken op en bestraft ze. Waar het evenwicht tussen rechten en plichten zoek is, moeten we het beleid bijsturen.

Een sterk asiel- en migratiebeleid

Een sterk lokaal asiel- en integratiebeleid is meer dan ooit noodzakelijk.

De instroom van nieuwe inwoners, anderstalig of van buitenlandse oorsprong, vragen van ons een daadkrachtig antwoord. Vervallen in de laksheid van voorheen is geen optie, integendeel. We willen als bestuur werk maken van een fundamenteel sterk integratiebeleid om ervoor te zorgen dat migratie voor iedereen een positief verhaal wordt en we zo een sterker samenhangende gemeenschap vormen.

Als lokaal bestuur willen we ons steentje bijdragen tot een succesvol asiel- en migratiebeleid. Hierbij zijn we zacht voor zij die onze hulp echt nodig hebben. En hard voor zij die misbruik maken van onze lokale gastvrijheid.

Als gemeente zijn we het eerste aanspreekpunt van alle nieuwkomers, zo ook voor asielzoekers en mensen van buitenlandse oorsprong. Of het nu gaat als inschrijver van de nieuwkomer of als gastheer van collectieve opvanginitiatieven, we nemen als verantwoordelijk lokaal bestuur onze cruciale rol in het asiel en migratiebeleid op.

Een retributie invoeren voor vreemdelingenkaarten

We voeren een lokaal retributierecht in voor de aflevering, verlenging, vervanging of hernieuwing van verblijfskaarten. Die retributie kost 50 euro, maximaal één keer per jaar. Wij vinden dit als N-VA niet meer dan logisch: ook eigen inwoners betalen voor de aflevering van hun identiteitskaarten of internationale reispaspoorten.

De regierol opnemen in het beheersen van migratiestromen

We ondersteunen de federale overheid in het uitvoeren van bevelen om het grondgebied te verlaten. Een effectief terugkeerbeleid vormt het sluitstuk van een actief migratiebeleid.

Identiteitsfraude gaan we tegen. We schrijven onze lokale administratie in voor opleidingen en vormingen over het herkennen van identiteitsfraude.

Een sterk inburgerings- en integratiebeleid

Inburgering van nieuwkomers is van essentieel belang voor een succesvolle integratie. Als lokaal bestuur spelen we hierin een centrale rol. Want inburgering is méér dan zich ergens komen vestigen. Inburgering is deelnemen aan de maatschappij, bijdragen aan het sociale weefsel, de taal leren spreken en vertrouwd worden met de plaatselijke gewoontes. Maar inburgering is ook een verhaal van rechten én plichten en veronderstelt het aanvaarden van onze waarden en normen.

We willen dat nieuwkomers de lokale eigenheden en cultuur omarmen en ermee vertrouwd raken. Daarbij leggen we de nadruk op onze eigen waarden en normen. Respect moeten we bevorderen, maar mogen we ook afdwingen.

We maken werk van een sterk lokaal onthaal- en integratiebeleid voor nieuwe inwoners van buitenlandse afkomst. Als lokaal bestuur treden we op als facilitator en stimuleren we lokale gemeenschapsvormende initiatieven.

We benutten volop de instrumenten waarover we beschikken. Dankzij de integratie van het OCMW en de gemeente tot één sterk bestuur kunnen we iedereen die zich actief wil inburgeren stimuleren en belonen. Tegelijkertijd treden we hard op tegen misbruiken.

Met ons beleid geven we elke nieuwkomer de bouwstenen om te werken aan zijn succesvolle integratie en participatie in de buurt. We begeleiden, maar betuttelen niet. Lokale omkadering is meer dan noodzakelijk willen we zorgen voor leefbare en veilige stad

We mogen eisen stellen aan de inburgering van nieuwkomers. Als nieuwkomers niet bereid zijn om de nodige inspanningen te leveren voor hun integratie, dan koppelen wij hier concrete gevolgen aan. Wij begrijpen dat de weg naar werk soms moeizaam kan verlopen. Maar wie geen echte inspanningen doet om werk te vinden, kunnen we tijdelijk de toegang tot het leefloon weigeren. Hetzelfde geldt voor de wil tot integratie en het aanleren van de Nederlandse taal.

Actie ondernemen tegen personen in onregelmatig verblijf           

De stad en lokale politie spelen ook een belangrijke rol bij de informatievergaring over mensen in illegaal verblijf. Ze hebben hier in eerste instantie de taak om zoveel mogelijk informatie over de betrokken persoon te verzamelen in een rapport

Het nemen van vingerafdrukken is hiervoor essentieel. Hoe meer informatie beschikbaar is voor de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ), des te meer mogelijkheden bestaan er om de betrokkene te identificeren

Ook de wijkinspecteur heeft hier een belangrijke taak. Uit contacten met de betrokkene zelf kan hij belangrijke informatie verzamelen. Dat kan ook nuttig zijn in de strijd tegen schijnhuwelijken of schijnwettelijke samenwoning.

In geval van verlies, diefstal of vernietiging van een elektronische vreemdelingenkaart of van elk ander verblijfsdocument, zijn enkel de politiediensten bevoegd om dat vast te stellen en een attest van verlies of diefstal af te leveren. Het is belangrijk dat de lokale politie een grondig onderzoek instelt naar de omstandigheden van de diefstal of het verlies.

Een behoorlijk bestuur

Een open en transparante politieke cultuur

Aarschot verdient een open en transparante politieke cultuur. Wij willen werk maken van een gelijke behandeling voor iedereen en een open communicatie naar de burger toe over alles wat het stadsbestuur beslist, in het financieel beleid, in het toewijzen van contracten, in het personeelsbeleid enzovoorts. We stappen af van achterkamerpolitiek die zo sterk aanwezig is in de stad. Het is tijd om de ramen en deuren open te zetten van het stadhuis en de 21ste eeuw binnen te stappen en de gelijke behandeling van elke burger, sollicitant of ondernemer is hierbij altijd prioriteit nummer 1.

De cijfers geven ons ook gelijk. Volgens de stadsmonitor van de Vlaamse Overheid heeft amper 26 % van de Aarschottenaren vertrouwen in zijn stadsbestuur. Een cijfer dat boekdelen spreekt. Aarschot is al meerdere malen opgeschrikt door een aantal politieke schandalen, maar toch komt er geen reactie vanuit het bestuur.

We moeten de nodige inspanningen doen om dit vertrouwen te verhogen. Inspraak staat hierbij hoog op de agenda. We betrekken burgers steeds bij de start van grote projecten zodat hij zijn mening kan duidelijk maken voor een effectieve beslissing genomen wordt.

We stellen in eenvoudige en klare taal een duidelijk jaarrapport op over wat het bestuur met het belastingsgeld doet. Ook niet-financiële experts hebben het recht om te weten wat het lokale bestuur met hun belastinggeld gedaan heeft.

We gebruiken de website en andere sociale media om zo veel mogelijk informatie voor de burger ter beschikking te stellen over alles wat er op de politieke agenda staat in de stad.

Bij het personeelsbeleid gaan we voor zo veel mogelijk open aanwervingsprocedures. Iedereen moet kunnen kandideren voor gelijk welke functie binnen de stad. Zo kan steeds de beste kandidaat gevonden worden en maken we komaf met favoritisme.

Een bestuur met toekomstvisie

De N-VA wil een aanbod leveren met een toekomstvisie en een beleid voeren op lange termijn. De toekomst overkomt ons niet, maar maken we zelf. Wij denken dat deze stad broodnodig een visie op langere termijn nodig heeft op verscheidene vlakken.

We stellen dan ook voor om een visie 2050 te realiseren als stad waar we onder begeleiding van een externe partner gaan nadenken met burgers, vrijwilligers en politici over hoe de stad in 2050 er zou moeten of kunnen uitzien. Hier moet voor ons ook de nodige aandacht zijn voor de deelgemeenten.

Een bestuur moet niet alles doen

Wij willen ons focussen op de kerntaken. Een lokaal bestuur functioneert met geld dat afkomstig is van de burger en bedrijven. We moeten er dus uiterst omzichtig mee omspringen. We moeten ons als stadsbestuur dan ook spaarzaam opstellen en gefundeerde keuzes maken.

Een kerntakendebat dringt zich op. Heeft de stad bijvoorbeeld nood aan een eigen brouwerij? Heeft de stad nood aan een vredesbeiaard? Heeft de stad nood aan … ? Hier moet ernstig over nagedacht worden, want een slanke overheid vermindert niet alleen de belastingen, maar biedt ook ruimte voor de gemeenschap om zelf initiatief te nemen.

Dienstverlening naar de burger toe


We gaan als N-VA voor een verantwoordelijk, efficiënt en klantvriendelijk gemeentelijk bedrijf. Hiervoor moeten we geïntegreerd en domeinoverschrijdend gaan werken. We pleiten voor een organisatie die gebruik maakt van eenvoudige en korte procedures en waar snel en doeltreffend wordt ingespeeld op de opportuniteiten die zich aandienen. De integratie tussen gemeente en OCMW geeft ons een unieke kans om tot één effectief geïntegreerde organisatiestructuur en één geïntegreerd lokaal sociaal beleid te komen.

In een veelzijdige organisatie zoals een lokaal bestuur biedt een geïntegreerde aanpak een betere garantie op succes. We pleiten voor een organisatie waarbij de verschillende diensten elkaar aanvullen en versterken en er ook over de beleidsdomeinen heen een gecoördineerd beleid wordt gevoerd.

Vriendelijk, vlot en klantgericht

In de werking van het gemeentelijk apparaat moet klantvriendelijkheid centraal staan, zowel bij het vormgeven van het beleid als bij het opzetten van administratieve processen. Het snel inspelen op vragen, bezorgdheden en bemerkingen en het vlot afhandelen van administratieve procedures en dossiers moet onze eerste zorg zijn.

We maken hiervoor werk van één toegangspunt zowel fysiek als digitaal. We maken werk om digitaal zo veel als mogelijk informatie ter beschikking te stellen.

We bemannen de loketten met dossierbeheerders die over verschillende domeinen een zekere basiskennis hebben. Als contactpersoon met de burger vervullen ze een brugfunctie tussen de verschillende betrokken diensten en zijn ze verantwoordelijk voor een efficiënte afhandeling van de dagelijkse dossiers en vragen.
We informeren de burgers op een open manier over de stand van zaken van hun vraag of dossier en communiceren hier ook in heldere termijnen waarbinnen men de volgende stap kan verwachten.
We willen dat de stad dicht bij haar burgers staat. Daarom moeten de stadsdiensten ook de baan op om mensen verder te helpen. Wij denken dan aan een stadsloket in bijvoorbeeld de bib in Rilaar, maar ook een rondtrekkende caravan of dergelijke kan een oplossing zijn.

Neutraal

Als burgers beroep doen op de overheid verwachten ze een objectieve behandeling. Wij beschouwen neutraliteit en onpartijdigheid van de overheid als een fundamenteel onderdeel van onze democratische rechtstaat. Die neutraliteit vertaalt zich in de werking, deontologie en uitstraling van de overheid en moet men ook zichtbaar maken.

We nemen het neutraliteitsgebod op in de gedragsregel voor het overheidspersoneel.

Deskundigheid staat hierbij op de eerste plaats.

Performant personeelsbeleid

Objectieve aanwervingscriteria waarbij we kandidaten effectief evalueren op hun kennis en kunde, eerder dan op het kennen van de juiste personen of het kunnen voorleggen van de gepaste partijkaart of ideologie.

Werk maken van een neutraal evaluatiekader, waarbij de lat voor iedereen even hoog ligt.
Een flexibele en moderne personeelsorganisatie

We gaan slim en spaarzaam om met vaste benoemingen en de creatie van statutaire functies. Onze sterke voorkeur voor contractuele aanstellingen biedt de organisatie de flexibiliteit die nodig is

In het kader van een efficiënte organisatie van de diensten verwachten we van onze personeelsleden een polyvalente inzetbaarheid. De tijd waarin elke medewerker slechts een beperkt deel van een taak uitvoerde en amper buiten het eigen kantoor kwam, ligt al ver achter ons.

Vrije tijd: sport, cultuur, jeugd en toerisme

Van een gemeente een gemeenschap maken, dat is voor de N-VA de echte uitdaging.

Het belang van het sociale weefsel in buurten en wijken kan niet onderschat worden. Een gemeente, wijk of buurt die aan elkaar hangt:

zet dingen in beweging;

  • heeft bewoners die mekaar aanspreken bij problemen (bvb. lawaaioverlast, overhangende bomen, …) in plaats van meteen naar de rechter of de politie te stappen;
  • zorgt voor de nodige sociale controle en vergroot het veiligheidsgevoel;
  • zorgt voor gelukkigere en gezondere bewoners.

De gemeente als samenhangende gemeenschap          

Het verenigingsleven speelt een belangrijke rol in het versterken van het sociale weefsel. Het individu ontleent er een belangrijk deel van zijn identiteit aan. Een bewoner wordt burger door zich in te zetten voor de gemeenschap. Verenigingen ‘socialiseren’ hun leden. Dat heeft een positieve impact op tolerantie, vertrouwen en politieke interesse. De N-VA wil het verenigingsleven dan ook alle kansen geven om zich maximaal te ontwikkelen.

Vrijwilligers zijn onmisbaar voor de werking van vele organisaties en verenigingen. Zij verdienen dus het volste respect en ondersteuning.

De N-VA wil optreden als katalysator van initiatieven. Als ondersteuner en partner in plaats van als degene die alles tot in de puntjes bedenkt en uitwerkt. De burgers en hun verenigingen zijn zelf immers de beste en creatiefste producenten. In Aarschot slaat de slinger te hard door naar de stad als organisator, daarom pleiten we er ook voor om maximaal in te zetten om het ondersteunen van verenigingen en burgers om initiatieven te ontplooien.

In subsidiereglementen koppelen we subsidies aan kwaliteit. We streven naar een uniform subsidiereglement voor verenigingen met een bovenlokale aantrekking.
We stimuleren verenigingen om hun maatschappelijke rol op te nemen. Bijvoorbeeld door een extra toelage voor gevormde begeleiders, duurzame renovatie van lokalen, recycleerbare bekers op fuiven.

Een samenleving waarin iedereen participeert is een gelukkigere en meer weerbare samenleving. We streven dus naar een hoge participatiegraad door lage drempels. We zetten kinderen, jongeren en ouderen ertoe aan om de stap te zetten naar het verenigingsleven en om dat ook op langere termijn te blijven doen.

Er is nood aan ruimte en infrastructuur om je vrije tijd optimaal te kunnen beleven. De gemeente voorziet hiervoor ruimte en infrastructuur. Samenwerking met andere gemeenten, het bieden van topkwaliteit, respectvolle behandeling en multifunctioneel gebruik zijn hierbij belangrijke principes.

We zetten in op kwaliteitsvolle en toekomstgerichte infrastructuur die openstaat voor een breed multifunctioneel gebruik. We investeren daarvoor in de nodige basisinfrastructuur en hebben oog voor specifieke lokale noden.
We laten burgers kennismaken met verschillende activiteiten door het gebruik van locaties te koppelen en te delen. Door het multifunctioneel gebruik van schoolgebouwen voor sport na school kunnen sportclubs met hun aanbod naar de school komen en de leerlingen iets nieuws laten ontdekken
We bouwen een degelijke gemeentelijke uitleendienst uit, die weliswaar complementair is aan de private markt.

Een kwalitatief sportbeleid voor iedereen

Sport is erg belangrijk als sociaal bindweefsel. Maar daarvoor is het natuurlijk belangrijk dat iedereen kan participeren. De interacties binnen een sportclub bevorderen de sociale integratie in de lokale gemeenschap. Dat kan door zelf mee te sporten, maar ook door je als vrijwilliger te engageren binnen een sportclub.

De stad moet mee een regierol opnemen om zoveel mogelijk Aarschottenaren te stimuleren, activeren en begeleiden tot een kwaliteitsvolle sportbeleving in hun omgeving.

We ontwikkelen een coherente visie en beleidsplan over het lokale sportgebeuren. En we voeren dit ook daadwerkelijk uit. Een goed plan is maatwerk en is dus afgestemd op de noden van de gemeente en haar inwoners.

Een sterk sportbeleid laat niemand achter. Daarom zetten we iedereen aan tot levenslang sporten en bewegen.

Zonder de juiste infrastructuur kunnen mensen niet op een kwalitatieve manier aan sport doen. Onze infrastructuur moet top zijn. Intergemeentelijke samenwerking is daarbij belangrijk. In onze stad moet er daarom eindelijk werk gemaakt worden van de uitvoering van plannen rond de Laaksite. Deze plannen bestaan al langer dan 20 jaar, maar nog steeds is er geen spade in de grond gestoken. Voor N-VA is dit een prioriteit.

Een gemeenschapsvormend cultuurbeleid

Cultuur wordt best niet opgelegd vanuit een hoge ivoren toren, maar is toegespitst op waar de mensen echt van houden en interesse in tonen. Cultuur vormt mee onze identiteit. Daarom is participatie van de mensen zeer belangrijk: we brengen de mensen niet alleen naar cultuur, we brengen ook cultuur naar de mensen.

De culturele programmatie wordt opgesteld samen met de lokale cultuurgemeenschap. Hierbij gaan we zowel voor brede voorstellingen als voor doelgroepgerichte voorstellingen op maat van de lokale gemeenschap.

In de stad loopt er heel wat cultureel talent rond. We hoeven dus zeker niet alles zelf te doen. Het is net de kunst om een omgeving te creëren waarin de lokale kunstenaars en culturele verenigingen hun talenten zelf het best kunnen laten zien.

Bibliotheken evolueren naar ontmoetingsplaatsen en kennis- en informatiecentra waar iedereen kan binnenlopen en gebruik maken van wat de bibliotheek te bieden heeft, fysiek en digitaal. De bibliotheek is een ontmoetingsplaats om te studeren, te lezen, te debatteren, cursussen te volgen, tentoonstellingen te bezichtigen, …

We maken van de bibliotheek een actieve partner wat leesbevordering, (cultuur) informatieverspreiding en cultuurparticipatie betreft.

Jeugd

De jeugd is de toekomst van onze stad. De jongeren aan de stad binden is een belangrijke opdracht. Dit kan door hun meer facilitaire mogelijkheden te geven om allerlei jeugdactiviteiten te organiseren. We moeten als bestuur hen met woord en daad bij staan bij het ontplooien van hun activiteit.

Daarbij is N-VA Aarschot een groot voorstander voor het in leven roepen van een jeugdtarief bij het huren van een zaal e.d. Het AGB moet werk maken van een dergelijk voordeeltarief voor deze jongerenorganisaties. Hierdoor zullen er, zoals weleer, meer jongerenfuiven komen in onze stad en zal Aarschot weer zoals vroeger een uitgaansbuurt worden.

De jeugdverenigingen in Groot- Aarschot verdienen uitgebreide ondersteuning. Ook de niet-georganiseerde jeugd moet aan bod komen. Er moet geïnvesteerd worden in ruimte voor kinderen en jongeren: jeugdlokalen, speelpleinen, groene ruimte en sportterreinen.

Toerisme als troef

Aarschot kan meegenieten van de trend van kortvakanties in eigen streek en van zakenmensen die wel eens iets anders verkiezen dan altijd hetzelfde hotel in Brussel. Dit vertaalt zich ook in de cijfers. We moeten hier als stad dan ook extra op inzetten om een sterk toeristisch merk op te bouwen. We hebben hiervoor ook enkele sterke troeven.

Wij denken dat het belangrijk is dat de bezoeker het unieke toeristische karakter van onze stad en deeldorpen visueel ervaart. We kunnen hierin nog meer onze lokale toets onderstrepen in het straatbeeld met specifiek straatmeubilair, het aanbrengen van informatieve borden met anekdotes of het aanduiden van historische ankerpunten.

Systematisch werk maken van gezamenlijke promotie van het toeristisch aanbod en de lokale horeca is voor ons een must. Geleide stadsbezoeken worden vermarkt als culinaire wandelingen die toeristen laten kennismaken met verschillende horecazaken. Toeristische (dag)arrangementen integreren steevast het lokale horeca-aanbod en/of een bezoek aan streekproducenten. Horeca-uitbaters worden ingeschakeld als toeristische ambassadeurs en dragen actief bij tot de toeristische promotie en uitstraling van de stad.

Een droger Aarschot

De inwoners van onze deeldorpen kennen te vaak de gevolgen van wateroverlast. Hier willen we als N-VA dan ook werk van maken ook al weten wij ook dat dit probleem niet in één, twee, drie is opgelost.

  • Beken en rivieren proper houden zodat er goede waterdoorstroming blijft
  • Brandweer voorzien van voldoende materiaal en zeker voldoende zandzakjes voor de burgers zelf. 
  • Een plan van aanpak voor deze problematiek

Bouwstop - verhardingsstop in overstromingsgebied

Ruimtelijk wordt het grondgebied Aarschot gekenmerkt door meerdere overstromingsgevoelige gebieden. We voeren een bouw- en verhardingsstop in voor al deze overstromingsgevoelige gebieden, niet alleen ter bescherming van de gebieden, maar ook voor de vrijwaring van de aanpalende gebieden.

We sluiten hiermee aan op de omzendbrief van de ministers J. SCHAUVLIEGE en B. WEYTS  van 19 mei 2015 . Daarin werden  een aantal richtlijnen voor effectief overstromingsgevoelige gebieden opgenomen, die we ondersteunen en versterken.

Een financieel gezonde stad

De lokale overheid functioneert met het geld van de burger.

Met dat geld moet omzichtig worden omgesprongen. Een transparant financieel beleid, met een begroting in evenwicht is dan ook cruciaal. Daarbij moeten we, zeker in de huidige budgettaire context, keuzes durven maken. Als N-VA willen we nadrukkelijk inzetten op investeringen en besparen op de werking van de stad. Blijven investeren is noodzakelijk, terwijl het overheidsbeslag zonder twijfel beperkt moet worden.

Om dat te bereiken mag wat ons betreft geen gebruik gemaakt worden van oppervlakkig oplapwerk zoals allerlei kleinere extra belastingen, integendeel. De N-VA wil werk maken van structurele maatregelen. Daarbij moet elk ander beleidsdomein en elke andere lokale overheidsorganisatie betrokken worden.

Een slanke dagelijkse werking

Grondregel is: “niet meer uitgeven dan er binnenkomt”. Telkens wanneer nieuwe budgetten of meerjarenplannen worden opgemaakt, vertrekken we van een wit blad zonder verworvenheden. We houden elke uitgave tegen het daglicht. Zaken financieren omdat dit nu eenmaal in het verleden gebeurde is niet langer een argument.

Wanneer doorheen het jaar bepaalde weloverwogen beleidskeuzes meerkosten met zich meebrengen, bovenop het voorziene budget (zoals onvoorziene opportuniteiten bij een lopend project), compenseren we dat steeds onmiddellijk door de verlaging van een ander budget. We staan geen ad hoc-uitgaven toe zonder dat het duidelijk is waar het geld vandaan komt.

We maken bij de budgettering van het beleid steeds de vergelijking met andere gelijkaardige gemeenten en projecten. Op die manier proberen we een standaard te bepalen waaraan we ons kunnen spiegelen bij het nemen van financiële beslissingen.

Een ambitieus en betaalbaar investeringsbeleid

Investeren door de werkingsuitgaven onder controle te houden en waar kan op te besparen, een hoeksteen van ons financieel beleid. We doen hierbij investeringen die afgestemd zijn op de lokale identiteit. We willen inzetten op een doordacht investeringsbeleid. We focussen onze investeringen gericht en in functie van een duidelijk toekomstbeeld. Eerder dan veel geld te spenderen aan prestigeprojecten, focussen we met onze investeringen op zaken die een echte lokale meerwaarde voor de burgers creëren (economisch, maatschappelijk, toeristisch,…).

De burger heeft recht op transparantie. Vandaag worden projecten in Aarschot via allerlei mechanismen aan de publieke controle onttrokken en buiten de investeringsbegroting gehouden. Zulke praktijken wijzen we als N-VA af.

Wat ons betreft heeft de burger alle recht om het volledige financiële plaatje van de investeringsprojecten te kennen en moet dat ook op een transparante manier gecommuniceerd worden. We stellen ons behoedzaam op om via allerlei autonome gemeentebedrijven al te veel aan de slag te gaan. Er moet steeds publieke controle zijn.

We behouden daarom ook steeds het zicht op de totale omvang en samenstelling van de schuld, en de evolutie hiervan op langere termijn. Dat overzicht bezorgen we in alle transparantie aan de raadsleden en onze inwoners

Belastingen moeten voor de N-VA aanvaardbaar zijn

Dat betekent in de eerste plaats dat ze lager moeten zijn dan vandaag. Onze belastingdruk is nog steeds bij de hoogste ter wereld en ook de gemeente, kan hier haar bijdrage in leveren om deze te verlagen.

Wij streven er naar om niet-sturende belastingen zo veel mogelijk te verlagen zoals aan de aanvullende personenbelasting en de opcentiemen op de onroerende voorheffing. Dit zijn algemene heffingen die enkel en alleen het genereren van gemeentelijke inkomsten voor ogen hebben, zonder een weloverwogen beleidsdoel. Daarentegen zetten we in op sturende belastingen.

We willen een eenvoudig en beperkt belastingsysteem voor de stad. We beperken het aantal belastingen tot een minimum en gaan fiscale versnippering tegen. Zo groeperen we verschillende belastingen die in principe op eenzelfde doelgroep (bijv. bedrijven) gericht zijn tot één enkele belasting. Dat zorgt voor een besparing in de administratieve afhandeling en het bevordert ook de transparantie.

We wegen de opbrengst van elke belasting af ten opzichte van de inningskost voor de lokale overheid. Heffingen die meer kosten aan administratie en invordering dan wat ze opbrengen, schaffen we af.

Subsidies moeten voor de N-VA

In de eerste plaats moeten subsidies transparant en objectief zijn.  We vermijden meerdere parallelle subsidiestromen aan eenzelfde vereniging. Het toekennen van één enkele subsidie bevordert de duidelijkheid en vermijdt het subsidieshoppen. Zonder te detaillistisch te zijn, voorzien we in al onze subsidiereglementen bepalingen rond het afleggen van verantwoording. We geven subsidies enkel op basis van een objectief reglement en kennen geen subsidies op naam toe. Objectieve parameters, die niet op maat van één organisatie worden geschreven, geven de garantie dat iedereen dezelfde behandeling krijgt.

Maar subsidies mogen niet vanzelfsprekend zijn. Subsidies zijn niet de enige mogelijkheid om verenigingen en innovatieve burgers te ondersteunen. Het toekennen ervan mag dan ook geen evidentie worden. Als bestuur moet men altijd nadenken over wat het beste instrument is om het vooropgestelde doel te bereiken. Het toekennen van renteloze leningen kan een alternatief zijn of zelf investeren in een bepaalde infrastructuur om die dan te verhuren of in concessie te geven aan verenigingen die daar nood aan hebben.

Het ondernemerschap en lokaal werk stimuleren

Maximaal kansen bieden aan zelfstandige ondernemers en bedrijven.

Het lokaal ondernemerschap vormt de basis van onze welvaart, zorgt voor tewerkstelling en draagt bij tot het welzijn van onze burgers. Daarom willen we ook  We maken werk van een positief, open en ondersteunend beleidskader en hebben steevast oog voor de belangen van onze lokale economische actoren.

 

Een ondernemingsvriendelijk klimaat

We zetten in op administratieve vereenvoudiging en digitalisering om onze ondernemer zo goed mogelijk ten dienste te kunnen zijn. We werken één digitaal loket uit voor ondernemers waar eenvoudig en snel aanvragen kunnen worden ingediend. Er is ook nood aan één aanspreekpunt voor ondernemers zoals er dossierbeheerders zijn voor burgers moet er voor de ondernemer ook één ambtenaar zijn die het relatiebeheer doet.

Om een ondernemingsvriendelijk klimaat te creëren moeten we ook het fiscale beleid van de stad onder de loep nemen. We pleiten hier voor een eenvoudig en transparant belastingregime. Nu zijn er in Aarschot te veel verschillende belastingen. Het lijkt ons beter om deze allemaal te inventariseren en rationaliseren.

Het bedrijventerrein ligt er sober bij in Aarschot, hiervoor willen we vanuit de stad in samenspraak met Interleuven een bedrijventerreinmanager aanstellen om tot de realisatie te komen van meer structurele samenwerking tussen de ondernemingen. Dit leidt volgens ons tot schaalvoordelen en een duurzamer werk- en leefklimaat.

Werken aan minder hinder

Werken aan het openbaar domein zijn noodzakelijk voor een betere veiligheid, bereikbaarheid en leefbaarheid van straten en kernen. Bij openbare werken pleiten we voor een evenwicht tussen de noodzaak van de werken en het beperken van de hinder. Het uitgangspunt is hoe dan ook duidelijk: we beperken de hinder tot een minimum.

We pleiten ook hierin voor zo veel mogelijk overleg met de lokale middenstand en we doen als stad steeds een grondige voorbereiding. We informeren onze handelaars voldoende over vergoedingen of andere steunmaatregelen. Dankzij de huidige Vlaamse Regering kan sinds 1 juli 2017 elke detailhandelaar in Vlaanderen aanspraak maken op een automatische hinderpremie van 2.000 euro.

Lokaal werk, een bron van welvaart voor iedereen

Tewerkstelling is voor ons een hefboom voor sociale cohesie en maatschappelijke integratie. Als partij zetten we in op activering van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. We kiezen hierbij voor een evenwicht tussen rechten én plichten voor werkzoekenden. Werkzoekenden garanderen we het recht op begeleiding, opleiding en tijdelijke werkervaring in lokale tewerkstellingsprojecten. Tegelijk hebben werkzoekenden de plicht om positief in te gaan op een passend jobaanbod.

Tewerkstelling is voor ons ook een bron van welvaart en welzijn voor de gemeente. Op lokaal vlak brengen we het onderwijs en de bedrijfswereld met elkaar in contact. Zo maken we onze leerlingen bewust van latere jobmogelijkheden in de eigen gemeente en/of streek. Tot slot brengen we ook ondernemingen en potentiële werknemers samen.

Samen met de VDAB en de stad maken we werk van betere tewerkstellingskansen voor mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. De lokale horeca en handel in het bijzonder ondervinden vaak problemen om personeel te vinden en kunnen kansen bieden aan (jonge) werkzoekenden zonder veel werkervaring of -vaardigheden.

Activeren via sociale economie

Aarschot kent een lange traditie op het vlak van lokale economie. Een verdere samenwerking en eventuele financiering kan alleen maar een win-win opleveren. Op lokaal vlak zien we sociale economie als een hefboom voor de activering van specifieke doelgroepen. In de eerste plaats denken we aan mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt en personen met een arbeidshandicap.

Leefmilieu en Dierenwelzijn

We dragen zorg voor het milieu en probeert de stad zo net mogelijk te houden.

De uitstoot van CO2 verminderen, afval vermijden en op ons energieverbruik besparen, vallen goedkoper en efficiënter uit dan wanneer we de problemen achteraf moeten oplossen. Daarom moeten we de milieu en klimaatproblemen aanpakken waar de effecten het grootst zijn, met name aan de bron.

Het principe van de vervuiler betaalt, blijven we hanteren, maar de kosten voor de burger van zijn afvalophaling zijn door verscheidene prijsverhogingen steeds verder opgelopen. Voor ons moet dit bekeken en bijgestuurd worden. Er zou minstens een meer transparante tariefzetting naar de burger moeten gecommuniceerd worden. Sluikstorten daarentegen pakken we streng aan. Mobiele camera’s kunnen hier een oplossing aan bieden daarnaast werken we voor de opkuis samen met vrijwilligers, scholen, jeugdbewegingen al dan niet met financiële stimuli.

We zorgen voor meer groen in de stads- en dorpskernen, zowel publiek als privaat. Bomen en groene schermen geven verkoeling en zuiveren de lucht van roet en fijnstof. Bovendien dragen ze bij tot een omgeving met meer natuur – wat resulteert in een aangenamere buurt.

N-VA wilt verder  investeren in een duurzaam rioleringsstelsel. Saneringsbijdragen moeten geïnvesteerd worden in de aanleg en het beheer van het rioleringsstelsel en dienen niet om de gemeentelijke begroting in evenwicht te brengen. Het onderhoud, herstel en de verdere uitbouw van het rioleringsnet vormen een grote budgettaire uitdaging. We wensen transparantie tussen de belasting die de burger betaalt en de bestemming van die middelen.

Dierenleed vermijden en misbruik kordaat aanpakken

We dragen niet alleen zorg voor het milieu, maar ook voor de dieren. We integreren een dienst rond dierenwelzijn in het milieubeleid  In onze maatschappij groeit de bezorgdheid over onze omgang met dieren, en terecht. Een moderne samenleving met sterke morele waarden draagt een humane behandeling van alle levende wezens hoog in het vaandel. Dierenwelzijn is een verantwoordelijkheid die alle burgers samen moeten dragen.

We zetten informatie- en sensibiliseringscampagnes op rond dierenwelzijn. Denk bijvoorbeeld aan een reglement m.b.t. het eindejaarsvuurwerk, overleg met de landbouwsector, of informatiecampagnes op scholen.

We coördineren het lokale beleid rond dierenwelzijn door die bevoegdheid expliciet op te nemen in het schepencollege.

De stad werkt samen met de lokale politie die de regelgeving moet doen naleven. Het welzijn van huis- en weidedieren moet worden gevrijwaard door een goed politiereglement. We voorzien administratieve sancties (GAS) en een snelle tussenkomst bij overtredingen.

Ruimtelijke ordening

Aarschot is een lappendeken op het vlak van ruimtelijke ordening.

Er is een gebrek aan duidelijke visie van het stadsbestuur waarbij het algemeen belang wordt voorop gesteld. Soms lijkt het alsof de projectontwikkelaar het ruimtelijk ordeningsbeleid bepaalt en niet de stad. Wij willen hier verandering in brengen met duidelijke afdwingbare regels.

Verstandig verdichten         

We formuleren een duidelijke ruimtelijke visie op de gemeente, met ontwikkelingskansen voor alle sectoren. In het ruimtelijk beleid ligt de nadruk op:

  • kernversterking met behoud van het eigen karakter;
  • verdichting van het bebouwde gebied;
  • het structureel beschermen van de open ruimte.

De winkelkernen moeten terug het kloppend hart worden van onze stads- en dorpskernen, zowel in de Aarschotse historische binnenstad als in de dorpskernen. Deze kernen worden afgebakend en beperkt. Binnen het ruimtelijk vergunningsbeleid wordt prioriteit gegeven aan lokale kleinhandel en horeca. De verdichting focust op deze handelskernen, zo mogelijk gecombineerd met wonen boven de handelspanden.

Door een goed evenwicht tussen bebouwing en kwalitatieve publieke ruimte blijven ook onze stad en de deelgemeenten leefbaar en aangenaam om in te wonen. Stedelijke levenskwaliteit, voldoende openbare ruimte en groen, een groot aanbod aan scholen en verzorgingsinstellingen zijn primordiaal om van een verstandige verdichting te kunnen spreken.

We zetten in op de (her)ontwikkeling van verlaten sites en onderbenutte terreinen binnen de stads- of dorpskern. Bij elk project leggen we de nadruk op een evenwicht tussen de gebouwen zelf en kwaliteitsvolle publieke groenvoorzieningen in de directe omgeving. Het project op de Geenssite had hier een mooi voorbeeld van kunnen zijn. Alleen is het voor ons een raadsel waarom er 5000 vierkante meter extra commerciële ruimte komt. Dit is op die plaats niet wenselijk gezien de leegstand die reeds heerst in de binnenstad.

We voeren een activeringsbeleid voor leegstaande gebouwen en onbebouwde percelen om de druk op de open ruimte te verminderen. Leegstaande bedrijfspanden en winkels of braakliggende terreinen kunnen tijdelijk een alternatieve invulling krijgen, bijv. om de leefbaarheid te verbeteren.

We kiezen voor meervoudig ruimtegebruik en het delen van de ruimte. Zo kunnen bedrijfsparkings en sportzalen van scholen na de gewone gebruiksuren worden opengesteld voor publiek gebruik.

Een geïntegreerde aanpak van ruimtelijke ordering, mobiliteit, leefmilieu en economie

Ruimtelijke ordening en mobiliteit moeten samen aangepakt worden. De manier waarop je de ruimte organiseert, bepaalt hoe je je in die ruimte verplaatst.

Omgekeerd is het zo dat mobiliteitsingrepen rekening moeten houden met de impact op de directe omgeving, zoals de impact op het woonklimaat en de bereikbaarheid van aanpalende handelszaken. Ook hier moet men streven naar kwaliteit en kunnen mobiliteit en ruimtelijk beleid niet los van elkaar worden gezien.

Zo wil de N-VA inzetten op een betere leesbaarheid van het openbaar domein voor de weggebruikers: aan de inrichting van de weg moet een automobilist merken dat hij zich in een schoolomgeving bevindt en dus trager moet rijden.

Leefmilieu, mobiliteit en de economische leefbaarheid van een gemeente moeten deel uitmaken van de ruimtelijke langetermijnvisie van onze gemeente. Ook elk groter project wordt integraal beoordeeld op het vlak van multimodale bereikbaarheid, kwalitatieve groenruimte, toegankelijkheid voor traag verkeer, economische leefbaarheid van de buurt, sociale dienstverlening en de verweving van functies: we kiezen voor een optimaal en zuinig ruimtegebruik.

We houden in het beleid rekening met vergrijzing en gezinsverdunning. Er is nood aan meer kleinere, goed bereikbare en toegankelijke woningen, vlakbij de belangrijkste diensten en publiek groen.

Bij grotere bouwprojecten leggen we in de bouwvergunning voorwaarden op. Zo moet de ontwikkelaar instaan voor bijv. parkings, een buurtlokaal, een openbaar park, waterbuffering die is ingericht voor recreatie, een sorteerstraat, elektrische laadpalen, voetgangers- en fietsdoorsteken, …. Daardoor krijgt de omgeving niet alleen de lasten, maar ook de lusten van de nieuwe ontwikkeling, wat de levenskwaliteit van de hele buurt verhoogt.

Open en groene ruimte stimuleren

Aarschot is rijk aan bos en natuurgebieden, van de Turfputten in Gelrode over het moerassige Langdonken, tot  de bossen van Meetshoven en Langdonkbos.

We willen deze natuurgebieden koesteren als een groene en leefbare long voor Aarschot. De natuurgebonden functies worden gevrijwaard en zo mogelijk aangemoedigd en uitgebreid.

Ruimte voor wonen in eigen streek

We willen de nodige ruimte voor sociale woningen voorzien. Hiervoor spelen we een actieve rol als regisseur voor onze woningen. Ruimtelijk kiezen we hier voor inbreiding, binnen de bestaande woongebieden. Woonverlinting is geen optie.

Praktisch kiezen we voor een inbreiding zowel in de historische binnenstad als in de andere woonkernen. We reserveren ook bij grote projectontwikkeling een percentage van de woningen voor mensen uit de eigen streek.

Tegengaan ven commerciële verlinting

We wensen de bijkomende commerciële verlinting tegen te gaan, en de bestaande te optimaliseren. Historische verlinting behouden we, maar we laten hier alleen nog beperkte groei toe en gaan niet voor meer baanwinkels.

Commerciële verlinting op de andere assen is niet wenselijk.

RUP twee molens

We willen een correcte invulling van het ruimtegebruik met de juiste inplanting voor deze zone.  De uitbreiding is gecategoriseerd als  Lokale Bedrijvigheid.  Derhalve ligt de focus  op bedrijven, of KMO-zones zonder  milieubelastende impact en zonder private dienstverlening. Een degelijke KMO-zone zonder autonome kantoren of commerciële activiteiten kan hier op zinvolle wijze worden ingeplant, geen verdere shopping of “winkels”.

Verder willen we het huidig gebruik van deze zone optimaliseren en in overeenstemming brengen met het Vlaamse vergunningsbeleid. 

Plan-MER voor de herinricht van de Demervallei volop steunen

Zowel voor de veiligheid in verband met de overstromingspolitiek, als voor de natuurdoelstellingen is het plan-MER Demervallei van cruciaal belang voor Aarschot. We werken op een proactieve manier mee aan dit bovenlokaal plan om de Demeraanpak al de mogelijke kansen te geven. Een coherent en grensoverschrijdend ruimtelijk beleid met de aanpalende Demergemeentes vinden we hierbij erg belangrijk.

Onderwijs

Toponderwijs is het hart van onze gemeenschap.

In Aarschot zijn we als inrichtende macht verantwoordelijk voor één basisschool, twee middelbare scholen en twee scholen voor buitengewoon onderwijs, maar de stad moet daarnaast ook een meer coördinerende rol opnemen voor alle scholen in onze stad. Aarschot is nu eenmaal een scholierenstad en daar moeten we mee aan de slag. We willen dan ook binnen de bevoegdheden van de gemeente werken aan kwaliteitsvol en bereikbaar onderwijs voor elk kind ongeacht hun thuissituatie en rekening houdend met de capaciteiten van elk kind.

Een sterk lokaal onderwijs

Een sterk lokaal onderwijs dat zelf door de stad georganiseerd wordt, vergt ook de nodige inzichten in de noden van de scholen. Niet elke school in Aarschot verkeert in een gezonde toestand. Een duidelijke objectieve analyse van het Aarschots gemeenteonderwijs dringt zich op zodat we op basis daarvan een plan van aanpak voor onze scholen kunnen opstellen.

De nood hiervan is nog recent gebleken toen men snel een oplossing moest zoeken voor de SIBA omwille van dalende leerlingenaantallen. Wij zijn ervan overtuigd dat de uiteindelijke tussenoplossing, maar tijdelijk van aard zal zijn dus we dringen aan op een grondige evaluatie van alle scholen.

In het personeelsbeleid van het gemeentelijk onderwijs moet ook een objectivering doorgevoerd worden net zoals voor de stad. Hier kan geen sprake zijn van enig favoritisme of andere niet koosjere zaken. We stellen voor om zoveel mogelijk functies open te stellen voor iedereen die zich geroepen voelt.

Een multi-inzetbare school

We zetten volop in op de ‘multi-inzetbare school’ en geven dit concept een ruime(re) invulling. Het optimaal benutten van de schoolinfrastructuur is hierbij het vertrekpunt. Voor ons is dit niet alleen een kwestie van efficiëntie, maar ook van maatschappelijke verantwoordelijkheid. Als kloppend hart van onze samenleving draagt de school bij tot het versterken van het kostbare, sociale en lokale weefsel.

Daarom willen we schoolgebouwen openstellen, ook buiten de schooluren en tijdens de vakanties, bijvoorbeeld voor sport- en speelpleinwerking. Ook het verenigingsleven, hobby-, amateur- en sportclubs en andere verenigingen moeten er terecht kunnen.

Lokale verenigingen die zich al dan niet op schoolkinderen richten, hebben dan weer geschikte infrastructuur in de buurt. Door de combinatie van meerdere functies op één school moeten ouders na de schooluren hun kinderen bijvoorbeeld niet naar de academie brengen. De academie komt immers langs op school.

Flankerend onderwijsbeleid

Als stad hebben we de opdracht om een flankerend onderwijsbeleid te voeren. We vinden dat dit flankerend onderwijsbeleid, waarbij gemeenten een sector- en netoverschrijdende regierol op zich nemen, verder moet worden uitgebouwd. Lokale besturen moeten die opportuniteit optimaal invullen, bijvoorbeeld door ouders meer te betrekken bij de opleiding van hun kind en aandacht te hebben voor de taalproblematiek bij achterstand. Dat komt uiteindelijk de hele lokale (school)gemeenschap ten goede.  We willen de betrokkenheid van ouders bij de opvoeding en het onderwijs van hun kinderen verhogen.

Tal van initiatieven zijn mogelijk op het vlak van een flankerend onderwijsbeleid:

  • het inzetten op kinderopvang en kleuterparticipatie;
  • het inzetten op sport en cultuur;
  • het voeren van een spijbelbeleid en leerplichtcontrole;
  • het actief betrekken van de ouders bij de opleiding van hun kinderen;
  • het organiseren van huiswerkbegeleiding en opvoedingsondersteuning;
  • het leren van Nederlands aan ouders op de school van hun kinderen;
  • het inzetten op het gebruik van het Nederlands met de ouders.

Een Aarschot dat meer is dan de stad alleen

Als N-VA vinden we zoals we doorlopend in ons programma aanhalen niet alleen belangrijk om onze stad beter te maken, maar ook de deeldorpen verdienen voor ons de nodige aandacht en nodige middelen om ze nog bruisender te maken.

We willen alle principes die we hanteren ook meenemen naar het beleid voor de deeldorpen, maar we denken ook specifiek aan een meer gedecentraliseerde dienstverlening voor de deeldorpen. In andere gemeenten zijn er bijvoorbeeld al proefprojecten gedaan met een rondrijdende caravan waar mensen van de deeldorpen naar toe kunnen gaan voor basisdocumenten en vragen zonder dat ze hiervoor naar het stadhuis moeten komen. Er kan ook gebruik worden gemaakt van gemeentelijke infrastructuur in de deeldorpen bijvoorbeeld de bib in Rillaar.